‘Goede bewegwijzering is cruciaal voor de verkeersveiligheid’

22-05-2017 8764 keer bekeken 0 reacties

Bewegwijzering is ontzettend belangrijk voor veilig verkeer. In het afgelopen jaar is een team van wegontwerpers druk in de weer geweest een goed bewegwijzeringsplan voor de A16 Rotterdam samen te stellen. Hoe gaat dat in z’n werk?

Jan Storm is adviseur wegontwerp bij Rijkswaterstaat. Samen met Bert de Ruiter, ook adviseur wegontwerp, startte hij in de zomer van 2016 met het bewegwijzeringsplan voor de A16 Rotterdam. Jan: ‘Toen het tracébesluit in augustus gepubliceerd werd, zijn we aan de slag gegaan. Inmiddels is het plan zo goed als afgerond.’

Wat is bewegwijzering precies?

Jan: ‘Onder bewegwijzering vallen alle informatiedragers boven en langs de weg. Borden met plaatsnamen en belangrijke locaties zoals ziekenhuizen, maar ook namen van knooppunten en nummers van op- en afritten op de snelweg.’ Bert: ‘De opschriften bestaan uit letters, cijfers en symbolen, allemaal in bepaalde kleuren en lettertypes- en groottes. Daar zijn nationale en internationale afspraken over gemaakt. Hoe de borden er uitzien is het resultaat van veel, onder meer psychologisch, onderzoek en is vastgelegd in richtlijnen. De meest recente richtlijn komt uit 2014. Bij het maken van een bewegwijzeringsplan, zoals voor de A16 Rotterdam, staan dit soort dingen dus ook niet meer ter discussie.’

Wat is een bewegwijzeringsplan?

Jan: ‘Een bewegwijzeringsplan omvat waar en op welke locatie borden komen te staan of hangen en wat er dan op die borden te zien of lezen is. Een goede bewegwijzering is cruciaal voor de veiligheid op de weg. Net als de maximumsnelheid en belijning op de weg, moet duidelijk zijn hoe je moet rijden voor welke bestemming. Voor de bewegwijzering op en vlakbij de A16 Rotterdam zijn dat dus bijvoorbeeld de grote steden in de buurt, zoals Delft, Den Haag, Utrecht en Breda. Maar ook hoe je moet rijden als je naar Rotterdam The Hague Airport wilt of dierentuin Blijdorp. Door de komst van de A16 Rotterdam wijzigt de verkeersstroom in de regio. Er komt een nieuwe hoofdroute bij om bepaalde bestemmingen te bereiken. Dat is belangrijk voor het plan. Vanuit Breda volg je straks de nieuwe A16 richting Den Haag, waar je nu nog via de A20 en de A13 moet. Dat moet straks overal duidelijk zijn, ook al ruim voordat je de nieuwe A16 oprijdt.’

Voorbeeld van een ontwerptekening uit het bewegwijzeringsplan van de A16

Hoe bepaal je wat er op de borden komt te staan?

‘Voor iedere weg, voor iedere locatie, is de bewegwijzering uniek’, gaat Jan verder. ‘Het begint allemaal met het optekenen van de doelen van de weg. Hoeveel verkeer rijdt er straks over de A16 Rotterdam? Waar komt het allemaal vandaan en waar gaat het naartoe? Dat is de basis.’ Bert vult aan: ‘De antwoorden op die vragen vormen een doelenplan, dat weergeeft wat er op de borden moet komen te staan. Voor de hoofdroutes voor het verkeer, zoals naar grote steden, ligt het redelijk voor de hand. Maar dan zijn we er nog niet. Zo is het bijvoorbeeld fijn voor de gemeente Lansingerland als de plaatsen in deze gemeente worden genoemd. En hebben ook instellingen als ziekenhuizen en universiteiten er baat bij op de borden te komen.’

En zet je dan alle belangrijke locaties in de buurt op de borden?

Jan: ‘Nee, je kunt niet alles op de borden zetten. Het is echt een afweging. Ga maar na: je zit in de auto en rijdt met een bepaalde snelheid aan een bord voorbij. Dan moet je wel voldoende tijd gehad hebben om het bord te lezen en op een veilige manier de juiste keuze te maken. Beperkte en duidelijke informatie is veel belangrijker dan absoluut volledig zijn. Bovendien zorgt het zien van een bord ervoor dat mensen in actie komen. Ze gaan van rijstrook wisselen of hun snelheid aanpassen. Dat moet wel op het juiste moment gebeuren, voor de verkeersveiligheid.’

Hoeveel partijen hebben inbreng bij het maken van een bewegwijzeringsplan?

Bert: ‘We kunnen niet in ons eentje het doelenplan of het bewegwijzeringsplan uitwerken en realiseren. We praten in ieder geval met de belanghebbenden in het gebied: gemeenten, het district en Rotterdam The Hague Airport. Maar daarnaast heeft in Nederland 1 partij de regie voor bewegwijzering in handen. Dat is de Nationale Bewegwijzeringsdienst (NBd). Via deze partij worden onze ideeën en suggesties weggezet bij een ingenieursbureau. Op basis van technische ontwerptekeningen van de weg, werken zij de plannen dan uit. De NBd is uiteindelijk ook verantwoordelijk voor de uitvoering van het bewegwijzeringsplan, in samenwerking met de aannemer die de A16 Rotterdam gaat aanleggen. Maar Jan en ik blijven een technische rol spelen, met alle kennis van het tracé.’

Wat was de grootste uitdaging bij het ontwerpen van de bewegwijzering voor de A16 Rotterdam?

Jan en Bert: ‘De aansluiting op bestaande knooppunten’. Bert: ‘Ja, bij de A16 en de A13 bij Terbergseplein en Kleinpolderplein. Er komt daar zo veel verkeer samen uit verschillende richtingen. Dat was een uitdaging om te ontwerpen. Na veel puzzelwerk hebben we nu resultaat.’ Jan: ‘Een andere uitdaging was het integreren van het DVM-systeem [Dynamisch verkeersmanagement, red.] in het bewegwijzeringsplan. Dat is tegelijkertijd ook bijzonder bij dit project. Onder DVM vallen de borden en de signalering die door de verkeerscentrale op afstand bestuurd worden. Bijvoorbeeld om rijstroken af te sluiten of de snelheid aan te passen als de situatie daar om vraagt.’

Hoe gaat het nu verder?

Jan: ‘De A16 Rotterdam heeft invloed op de bewegwijzering op het onderliggende wegennet. Daar moeten dus aanpassingen voor komen. Het ontwerp hiervoor wordt nu opgestart.’ Bert: ‘Alle bewegwijzeringsplannen worden straks overgenomen door de aannemer die A16 gaat realiseren. De aannemer kan nog wijzigingen aanbrengen aan het ontwerp van de weg en dat heeft soms gevolgen voor de bewegwijzering. Ons plan is dus nog niet helemaal definitief.’ Jan: ‘Als de aannemer wijzigingen aan wil brengen, gaat dit in nauw overleg met ons, de NBd en betrokken ingenieurs. We blijven dus aangehaakt.’

 

0  reacties

Cookie-instellingen