Het afbranden gebeurt bij de wanden aan de kopse kanten van elke bouwkuip, de zogeheten compartimenteringsschermen. Waar de damwanden aan de lange zijdes van de bouwkuipen worden verwijderd nadat de bouw van de tunnel is afgerond, blijven de compartimenteringsschermen voor een deel in de grond achter. Het onderste deel van de damwand kan niet worden verwijderd, omdat deze verankerd zitten in de onderwaterbetonvloer.
Natte knoop
Op de plek waar de compartimenteringsschermen zijn afgebrand, moeten we over een breedte van vijf meter breed de vloer aanvullen. In vaktermen heet dit de ‘natte knoop’, die wordt toegepast om de twee onder water gestorte betonvloeren met elkaar te verbinden. Zo ontstaat er constructief gezien 1 geheel. Eerst gaan de betonvlechters aan het werk voor de stalen wapening, daarna storten we het beton.
Wanden en dak
Aansluitend op de betonstort van deze natte knoop worden de wanden en het dak van de tunnel gemaakt. In totaal zijn er 34 bouwkuipen waar we de compartimenteringsschermen afbranden. Het staal wordt afgevoerd en hergebruikt.