Geen explosieven gevonden
Uit zorgvuldig vooronderzoek bleek de kans aanwezig dat er zogenoemde niet-gesprongen coventionele explosieven in het gebied rondom de Doenkade (kruising N209 en Vliegveldweg) konden liggen. Tijdens de opgravingen bleek het om oud ijzer te gaan: een stalen pijp van zo’n 12 m lang en enkele bomscherven uit de Tweede Wereldoorlog.
Detectieonderzoek
Armaex, een specialist in het opsporen van explosieven, voerde afgelopen zomer het detectieonderzoek uit. Bij dit onderzoek werden op 2 locaties ijzerhoudende objecten opgemerkt. Om zeker te weten of dit explosieven waren of niet, besloot Rijkswaterstaat ze door het bedrijf Van den Herik te laten benaderen. Door dit werk nu uit te voeren kan later veilig gewerkt worden aan de A16 Rotterdam.
Opgraven
Pieter Veen, uitvoerder bij Van den Herik: ‘Door middel van gps hebben we de locaties afgezet en met een zogenoemde bomlocator de precieze plek aangegeven. Vervolgens hebben we laag voor laag telkens 30 cm afgegraven met een beveiligde graafmachine. Af en toe groeven we uit veiligheid met de hand verder. Uiteindelijk vonden we resten van een explosief dat al af was gegaan [de bomscherven, red.] en een stalen pijp van waarschijnlijk een oude bemalingspomp. We hebben al dit materiaal verwijderd.’
Explosieven uit de Tweede Wereldoorlog
Door de Tweede Wereldoorlog bevinden zich op tal van plaatsen in Nederland nog (conventionele) explosieven in de bodem. Zoals granaten en vliegtuigbommen. Zo werden bijvoorbeeld tussen december 2015 en februari 2016 honderden niet-gesprongen explosieven gevonden bij bodemonderzoek voor het Rijkswaterstaatproject Zeesluis IJmuiden. Veiligheid staat altijd voorop. Daarom doen we zorgvuldig onderzoek naar de aanwezigheid van explosieven, voordat we met de uitvoering van een project zoals de A16 Rotterdam starten.